Saturday 11 June 2016

Buiten de White Cliffs







Buiten de White Cliffs


Ze zijn er nooit met hun hart bij geweest, die Britten in de Europese Unie. Zelfs Winston Churchill, in september 1946 de allereerste grote pleiter voor Europese eenmaking, bleef altijd dubbelzinnig over de vraag of Groot-Brittannië zelf - toen nog het tanende British Empire - daarbij moest horen.

 De enige die er echt in geloofde was een andere Conservatieve premier, Edward Heath. Hij betaalde een hoge prijs, vooral aan de Fransen, om de sinds 1961 officieel nagestreefde toetreding te verkrijgen. Die prijs, een diepe kloof tussen bijdrage aan de EU en inkomsten uit de EU, bracht Margaret Thatcher tien jaar later tot 'I want my money back'.

 Heath zelf had de pech dat de toetreding samenviel met het begin van de eerste zware naoorlogse economische crisis, in 1973, na een kwarteeuw uitzonderlijke hoogconjunctuur. Hij werd een jaar later weggestemd, waarna Labour-premier Harold Wilson zijn verdeelde partij - net als David Cameron vandaag - met een referendum  paaide en na een rondje schaduwboksen met Brussel en schijnbaar formidabele toegevingen 'ja' aanbeval.

 De 67,2 % steun die de Britten in 1975 aan de EU gaven zit er nu niet in. Bovenop de aloude dubbelhartigheid, bovenop de collectieve herinnering dat de toetreding samenviel met een langdurige economische crisis, bovenop de diepe interne verdeeldheid - van in het prille begin - van beide grote Britse partijen over de kwestie Europa, is nieuwe wrevel gegroeid.

 Objectief is er het gegeven als groot land te vaak overstemd te worden door meerderheidsbeslissingen in de Raad (12 % de laatste vijf jaar) en het Parlement (ruim 30 %), iets wat Frankrijk bijvoorbeeld haast nooit overkomt. Ten dele is dat overigens de prijs voor het gebrek aan eigen engagement naar leiderschap van de Unie toe. Subjectief is er een gezond wantrouwen tegen de op zijn zachtst gezegd onvolmaakte democratische structuren van de Unie, en tegen de neiging van zeker het Parlement om te scoren op pietepeuterige regels, bij gebrek aan het vermogen om grote beslissingen te nemen.

  Wat de keuze nu kan doen kantelen is dat ook Groot-Brittannië zijn beweging tegen globalisering, immigratie en de betweterij van een zelfverklaarde elite kent. Het gegeven vertaalt zich in onrustwekkend stijgende scores van UKIP, op het continent van het Front National van Le Pen, de PVV van Wilders, de Movemiento Cinque Stelle van Beppe Grillo, de Alternative für Deutschland of de Oostenrijkse FPÖ. In de VS is er nu Donald Trump. Vanuit het establishment wordt dit populisme genoemd - in wezen een fraaie geuzennaam die de betrokkenen zelf echter weigeren - of uiterst rechts of oud-nationalisme.

 De betrokken partijen en politici hebben vaak - niet allemaal - wortels in onwelriekend gedachtengoed van het verleden. Maar hun kiezersstroom is vandaag zo breed dat de vraag moet rijzen hoe de vloed kan worden gekanaliseerd, en dus de diepere redenen van brede onvrede weggenomen. Dan gaat het over de dalende meeropbrengsten van de globalisering, over het gebrek aan plafond inzake immigratie in een economisch stagnerende samenleving, over de vastgereden democratische besluitvorming in een door professionelen gerund politiek bedrijf.

 Dat is het werk van de komende jaren. Maar inmiddels heeft die nieuwe brede beweging zich in Groot-Brittannië geënt op de oude frustraties, en zich dus gekristalliseerd op de Europese Unie als symbool van betweterij en globalisering, en als vermeende oorzaak van de massale immigratie. Elders in Europa, zo leren peilingen, tast dit ook de al niet zo fraaie populariteit van de Unie verder aan, maar nergens zo sterk als over het Kanaal.

 Rationeel kunnen er nu twee dingen gebeuren. Een nipte ja houdt Cameron in Downing Street, zonder nieuwe ongelukken tot 2020. De Eurosceptici in zijn partij moeten dan waarschijnlijk afblazen tot in de volgende oppositiekuur. Het nieuwe onafhankelijkheidsreferendum in Schotland wordt ook uitgesteld, in Noord-Ierland en Dublin haalt men opgelucht adem. Maar de Britse houding in de Unie, de aloude dubbelzinnigheid, verandert haast zeker niet. Geen leiderschap, veel blokkeringen, permanente frustratie.

 Haalt 'neen' het, dan kan men ook van Boris Johnson redelijkheid verwachten nu zijn ijdelheid - de verhuis naar Downing Street nr. 10 - gestreeld is. Met het nodige cynisme komt het dan misschien toch tot de Noorse optie: Groot-Brittannië aanvaardt de Europese regels zonder nog zelf mee aan tafel te zitten. 

 Daar bovenop kunnen wel wat opt-outs komen, zoals inzake de voogdij van het Europees Hof van Justitie en zeker inzake die van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Dat zal dan de enige - zij het niet onbelangrijke - verandering zijn inzake het grote pijnpunt immigratie, want van Schengen heeft Groot-Brittannië nooit deel uit willen maken.

 Verwacht zeker geen grote verhuis vanuit de City naar Frankfurt of zo: financiers zullen het Britse regime verkiezen boven dat van de EU, en hebben sowieso altijd liever vrijhavens gehad van waaruit de sluipwegen naar Panama minder opvallen. Verwacht ook geen bijkomende dissidenties: hoezeer de Ieren, en misschien ook de Nederlanders zullen twijfelen, de krakende kar verder laten rijden zal telkens de optie van het minste kwaad blijken.

 Natuurlijk zijn ook dwazere scenario’s denkbaar, zelfs als de Britten extreem redelijk blijven in de onderhandelingen. Met de verzwakking van Angela Merkel is de Unie haar chef kwijt en gaat ze een paar stuurloze jaren tegemoet, net op het moment dat de vluchtelingencrisis en straks misschien ook de Brexit haar behoorlijk rafelig maken.

 Al rees er deze week ook een glimp van hoop. De nijvere Frans Timmermans is deze dagen fel bezig een begin van Europees immigratiebeleid concreet te maken, puffend, zwoegend, tegen beter weten in, maar niet zonder resultaat. Hij laat zich daarbij meer inspireren door de vermaledijde Viktor Orban dan door Angela Merkel, mede omdat de eerste een bondgenoot heeft gevonden in de fel belaagde sociaaldemocraat Matteo Renzi.

 Misschien neemt New Europe, waar de economische groei tegenwoordig zoveel sterker is,  het straks over van het doodvermoeide Old Europe, om de beeldspraak van Donald Rumsfeld van 15 jaar geleden maar eens te hernemen. Met wat geluk vinden de Britten dan eindelijk gelijkgezinden op dat nog altijd zo vreemde continent, net buiten de White Cliffs van Dover.

11 juni 2016





No comments:

Post a Comment