Friday 26 August 2016

De onzekerheden van het regime-Erdogan




Zes weken na de mislukte, uitermate bloedige staatsgreep in Turkije, ebben de emoties stilaan weg. Inmiddels zijn vele tienduizenden Turken de voorbije weken het slachtoffer geworden van sancties vanwege hun al dan niet vermeende betrokkenheid bij de coup. Toch is die repressieve kramp vooral een signaal van zwakte en onzekerheid: het regime-Erdogan verdraagt geen open samenleving meer, en is in zijn beleid steeds meer stuurloos.

 De details over wat er gebeurde in de lange nacht van vrijdag 15 op zaterdag 16 juli zijn na zes weken behoorlijk doorgesijpeld in de Turkse media. Zeker is dat Hakan Fidan, de directeur van de geheime dienst, die vorig jaar heel even kandidaat voor de parlementsverkiezingen wilde zijn alvorens president Erdogan hem dwong op zijn post terug te keren, die vrijdag in de late namiddag generaal Hulusi Akar, de stafchef van het leger, verwittigde dat er ‘een urgent risico van een staatsgreep bestond.’ Merkwaardig genoeg verwittigde hij noch de president, noch eerste minister Binali Yilidrim.

  Akar gaf dan het bevel uit om alle militaire vluchten en tankbewegingen in het land meteen te verbieden. Hij liet zich door zijn aide-de-camp, luitenant kolonel Turkkan, overhalen tot een overleg met de chef van de landmacht, generaal Salih Zeki Colak. Turkkan, en nog enkele andere medewerkers zaten echter mee in het complot. Toen beide generaals omstreeks 21u samen waren in Akar’s bureau viel een groep van twintig zwaar bewapende soldaten van Turkijes Special Forces het kantoor binnen.


'Akar weigerde, en werd onder druk gezet, ook door hem een gesloten broeksriem om de nek te hangen'


 Daarop nam generaal-majoor Mehmet Disli, de secretaris van de generale staf, het commando in handen. Hij vroeg Akar een verklaring voor te lezen, die de coup verantwoordde. Akar weigerde, en werd onder druk gezet, ook door hem een gesloten broeksriem om de nek te hangen. Toen de stafchef bleef weigeren, liet Disli hen geboeid afvoeren naar de luchtmachtbasis van Akinci op zo’n 20 km ten noordwesten van Ankara.

 Rond die tijd landden ook enkele helikopters in de tuin van de Marine Club van Moda, een buitenwijk in het zuidoosten van Istanbul aan de Zee van Marmara. Daar was net het huwelijksfeest aan de gang van de dochter van een luchtmachtgeneraal. De Special Forces die uit de helikopter kwamen namen acht generaals mee, naar Akinci, onder wie de opperbevelhebber van de luchtmacht.


FaceTime


 Blijkbaar was niemand van de drie voornaamste legerleiders ervan te overtuigen mee te doen in het complot. Akin Ozturk, de vorige opperbevelhebber van de luchtmacht en vermoedelijke leider van de staatsgreep, zou desondanks het bevel gegeven hebben de voorziene operaties te laten beginnen om 22 uur (lokale tijd, 21 uur bij ons). Alles wijst er op dat de staatsgreep vervroegd werd na Akars bevel van de vooravond.


'Een kwartier later landden drie helikopters in Marmaris, en vielen 37 Special Forces zijn hotel binnen om hem te arresteren. Daarbij vond ook een vuurgevecht met zijn lijfwachten plaats'


 De hoofdvogel was echter gaan vliegen. President Recep Tayip Erdogan kreeg vrijwel onmiddellijk nadat de troepen in de straten van Istanbul waren verschenen een telefoon van zijn schoonbroer in die stad. Erdogan was met zijn familie op vakantie in het Grand Yazici Turbanhotel aan de rand van  Marmaris, aan de Middelandse Zee. De president was verbaasd, poogde de stafchef, de eerste minister en Hakan Fidan te bellen, maar geen ervan nam op.

 Erdogan liet dan zijn familie evacueren, en vertrok ook zelf per helikopter. Niet naar het nabijgelegen Griekse Rhodos, zoals sommigen in zijn omgeving suggereerden, maar naar de ook nabije burgerlijke luchthaven van Dalaman. Een kwartier later landden drie helikopters in Marmaris, en vielen 37 Special Forces zijn hotel binnen om hem te arresteren. Daarbij vond ook een vuurgevecht met zijn lijfwachten plaats.

 Inmiddels hadden journalisten van CNN Turk, die al een hele poos op zoek waren naar de president, via politieke medestanders te horen gekregen dat ze hem in Dalaman konden bereiken. Het is zo dat Erdogan twintig minuten na middernacht rechtstreeks in de uitzending kwam via het schermpje van Face Time, met een gespannen gezicht maar verbaal even krachtig als altijd. Hij riep de Turken op om op straat te komen en zich te verzetten.

 De coup-plegers hadden buiten het internet en de commerciële zenders gerekend, en enkel de publieke omroep bezet, met een vijftigtal militairen. Daar dwongen ze om 23 uur de ster-presentatrice van TRT een vrij schimmige tekst met veel citaten van Atatürk voor te lezen, zonder dat iemand van de leiders van de staatsgreep zelf in beeld kwam. Het echte nieuws circuleerde vrijelijk op Twitter. Terloops: zowel de sociale media als CNN Turk hadden in het verleden al pestmaatregelen van Erdogan en zijn regering ondergaan, omdat hij ze niet onder controle had.


Bombardementen


 De troepen die aan de staatsgreep meededen schijnen minimaal geweest te zijn: geen duizend manschappen, een veertigtal tanks, zes F-16’s, een tiental helikopters. Aangespoord door de oproep van de Diyanet - het machtige ministerie van Religieuze Zaken - en luidsprekers van duizenden moskeeën stroomden de burgers na middernacht de straat op, vooral in Istanbul. Daar probeerden ze met doodsverachting de tanks tegen te houden, of de blokkades op de twee bruggen over de Bosporus te doorbreken. Minstens een helikopter van de samenzweerders schoot daarbij verscheidene dodelijke salvo’s af op de protesterende massa.

 In Ankara was sfeer nog grimmiger. F-16’s vanuit Ankici vuurden in het holst van de nacht raketgranaten af op het hoofdkwartier van de inlichtingendienst en het presidentieel paleis. Omstreeks drie uur bombardeerden ze met een zevental raketgranaten het parlement, waar tientallen politici zich hadden verzameld in het uur van nood en in vrees voor de arrestatie.. Alle oppositiepartijen, ook de pro-Koerdische HDP, veroordeelden vrijwel meteen het militair machtsvertoon en de poging tot staatsgreep
  
 Om half vier landde het regeringsvliegtuig van Erdogan – een Gulfstream - op de internationale Ataturk-luchthaven van Istanbul, de stad waar hij geboren is en waar hij vier jaar burgemeester van was. Het toestel was met gedoofde lichten omstreeks een uur vertrokken in een volledig verduisterd Dalaman. Onder escorte van twee loyale F-16’s  kruiste het toestel tot tweemaal toe een vijandelijke straaljager, zonder dat het tot een gevecht kwam.


'Ook in Ankara was vanuit helikopters op betogende massa’s geschoten'


 Vlak voor de zee van Marmara, vloog het vliegtuig minstens drie kwartier rondjes, alvorens de oversteek te beginnen. Men zou gewacht hebben op het bericht van de legercommandant van Istanbul dat de door tanks geblokkeerde ingang van Ataturk terug in regeringshanden was. Dat gebeurde zonder al teveel gevechten. Het was de belofte van de legercommandant die Erdogan had doen besluiten naar daar te vliegen.

 De president, weer helemaal zichzelf, gaf kort nadien een persconferentie waarop hij het volk bedankte, iedereen opriep waakzaam te blijven en Fethullah Gülen als hoofdverantwoordelijke voor de mislukte staatsgreep noemde. Inmiddels was de luchthaven van Akinci gebombardeerd door loyale troepen en in onbruik. De coup-plegers bliezen kort daarna hun poging af.

 De bezetters van de Bosporus-bruggen gaven zich over en kregen stampen en slagen van een woedende massa. Vijf ervan zouden zijn doodgestoken. Op het Taksin-plein in het Europees deel van Istanbul - bekend van de eerste grote populaire revolte tegen Erdogan in de zomer van 2013 - openden de daar ontplooide putschisten in paniek het vuur op de massa. Ook in Ankara was vanuit helikopters op betogende massa’s geschoten. In totaal vielen er 290 doden. De brutaliteit van de staatsgreep was opvallend.


Opus Dei


 Dat geweld, de vele doden en de algemene verontwaardiging dat militairen het toch weer hadden geprobeerd, leverden de politieke hefboom voor Erdogan om in de weken nadien over te gaan tot een ongeziene zuiveringsactie: hij liet een kleine 9000 politiemannen en 20.000 ambtenaren van onderwijs ontslagen, 10.000 soldaten en een dertigtal journalisten arresteren, 21.000 leraren, 2700 rechters en 1500 universiteitsdecanen schorsen, een honderdtal kleinere en grotere media sluiten.

 Erdogan en de zijnen wijzen op de wijde vertakkingen van de Gülen-beweging. Ze staafden hun verhaal met beelden en getuigenissen, zoals die van de (duidelijk stevig in elkaar geslagen) aide-de camp van Akar, Turkkan, die bekende dat hij zijn opgang aan Gülens beweging dankte en daarom voor haar de staatsgreep mee hielp organiseren.

  Fethullah Gülen, een 75-jarige imam die sinds 1999 in ballingschap leeft even buiten Philadelphia, bouwde tijdens zijn leven een brede beweging uit die streefde naar een sterker religieuze stempel op de officieel seculiere Turkse staat. Zo zacht en bijwijlen zelfs emanciperend zijn leer lijkt te zijn, zo keihard schijnt zijn organisatie gejaagd te hebben op sleutelposities in de Turkse samenleving. Het doet denken aan Opus Dei, maar met nog meer systematiek en verbetenheid. 


'Erdogan zag in 2013 in een reeks corruptieschandalen die via de magistratuur in de pers kwamen, en die zijn familie en veel naaste medewerkers raakten, de hand van Gülen'


 Gülen was tot 2013 medestander van Erdogan. Diens AKP wil ook een meer islamitische stempel op de samenleving. Erdogan creëerde de partij om met een programma van openheid en modernisering in 2002 te kunnen deelnemen aan de parlementsverkiezingen, nadat de vorige islam-partij van Necmettin Erbakan in 1997 het regeren onmogelijk was gemaakt. Dat laatste gebeurde in een samenspel van legerleiding en rechtbanken, die zich op de seculiere staat en grondwet van Ataturk beriepen.

 Erdogan veroverde de absolute meerderheid in 2002. Gülen leverde de kaders voor de uitoefening van de macht.  Hun gezamenlijke vijand was de legerleiding, en ze slaagden er in die na tien jaar gevoelig te verzwakken.  Eens die potentiële tegenstand was gebroken, geraakten beide bondgenoten echter met elkaar slaags.

 Erdogan zag in 2013 in een reeks corruptieschandalen die via de magistratuur in de pers kwamen, en die zijn familie en veel naaste medewerkers raakten, de hand van Gülen. Van toen af ging het hard tegen hard en interpreteerde Erdogan elke oppositie als agenten van zijn vroegere medestander. Ook de jongeren-opstand rond het Taksinplein in de zomer van 2013, die na een tijd uitdoofde, vond bij hem geen genade. Hij zocht daarbij ook de steun van legerleiders die hij eerder samen met Gülen had helpen kortwieken.

 Turkije is sedertdien een geketende democratie. De volgende stap die voorbereid wordt is de grondwetsherziening, die officieel bedoeld is om een sterker presidentieel regime te vestigen, maar mogelijk ook een sterke autoritaire en islamitische invulling zal krijgen. Erdogan, die met 11 jaar de langst zetelende premier uit de honderd jaar oude Turks Republiek was, liet zich in 2014 al tot president verkiezen en kan dus minstens tot 2021 aanblijven.


Europa


 De gewezen eerste minister verkwanselt daarmee ook zijn eigen politiek palmares dat na tien jaar best gezien mocht worden. Zeker in zijn eerste regeerjaren onderging Turkije een snelle modernisering en een fenomenale economische groei. Het per capita inkomen in het land is in zijn regeerperiode verdrievoudigd. Ook nu nog bedraagt de groei om en bij 4 % per jaar.

 Die evolutie heeft de Turkse bevolking - met de tien miljoen inwoners tellende metropool Istanbul voorop - zelfverzekerd en mondiger gemaakt. Ze heeft gretig van de democratie geproefd, er in 2013 voor betoogd, en in de nacht van 15 juli voor gevochten. De potentaat die dat naar zijn hand wil zetten zal van goede huize moeten zijn.

 Het regime-Erdogan verwekt nu echter vooral onzekerheid. Niemand kan op dit ogenblik voorspellen hoe autoritair zijn machtsgreep zal worden. Helemaal onduidelijk is wat hij met Ataturks seculiere erfenis wil doen, en hoe islamitisch hij zijn land wil inrichten. De vele onzekerheden - onder meer over de aanwezigheid van een stabiele rechtsstaat - beginnen in een gemoderniseerd land zoals Turkije is, ook economisch zwaarder te wegen. Het toerisme kreeg dit jaar al een zware klap, vooral door de vele aanslagen dit jaar.

 Want even onzeker is vandaag de buitenlandse lijn van Ankara. Het nadrukkelijk gedweep met het Ottomaanse verleden kan geen gemeend programma zijn, net zo min als Oostenrijk zou kunnen dromen van een herstel van het Habsburgse Rijk. Maar beperken Erdogans ambities zich dan tot het huidige kern-Turkije dat Ataturk in 1919 creëerde als rustpunt na de ineenstorting van het Ottomaanse rijk, of wil hij meer?


'De EU is de belangrijkste handelspartner van Ankara, en betaalt het nog elk jaar ruim 1 miljard euro aan subsidies ter voorbereiding van een steeds meer illusoir lidmaatschap van de Europese club'


In zijn Syrië-politiek slaagde Erdogan er de voorbije jaren in bijna iedereen tegen zich in het harnas te jagen, al moet men Turkije wel nageven dat het ook 3 miljoen vluchtelingen opvangt en zelfs Turks burgerschap aanbiedt. De jongste tijd tracht Ankara die wonden weer te helen, ook met Moskou en Jeruzalem. De Amerikanen spelen - zoals in het Turkse offensief tegen het Syrische Jarablus deze week bleek - een moeizaam evenwichtsspel met de Koerden, die terug de voornaamste vijanden van Erdogan zijn geworden. Toen zijn AKP in juni 2015 voor het eerst haar absolute meerderheid verloor, vooral door toedoen van de door Koerden gedragen oppositiepartij HDP, trok de president het conflict met de Koerdische gewapende PKK weer naar een oorlogsniveau.

 Voor de Europese Unie blijft Turkije met zijn 75 miljoen inwoners en zijn strategische ligging een bijzonder belangrijke buur. De EU is de belangrijkste handelspartner van Ankara, en betaalt het nog elk jaar ruim 1 miljard euro aan subsidies ter voorbereiding van een steeds meer illusoir lidmaatschap van de Europese club. Begin dit jaar sloten Brussel en Ankara een even cynisch als efficiënt akkoord om de vluchtelingenstroom naar het continent in te perken, en zo Angela Merkel zonder gezichtsverlies uit haar zelf gecreëerd immigratieprobleem te halen.

 De jongste weken regende het vooral bakken kritiek vanuit Europa op Turkije, vanwege de grove borstel die Erdogan hanteerde na de staatsgreep, en aangevuurd door de verontwaardiging van vele West-Europese burgers bij het zien van bijna gewelddadige schermutselingen onder hun Turkse immigranten onmiddellijk na 15 juli. In die zin is het Turkije-beleid ook een symptoon van de permante worsteling van Europa met de keuze tussen een meer idealistische aanpak van het buitenlands beleid en een ouderwetse realpolitiek, op zijn Amerikaans.

 Turkije is nog lang niet uit het nieuws. De vele onzekerheden rond zijn toekomst maken dat het vandaag weer wat afdrijft van Europa. Er is niet veel nodig om het tot de zoveelste factor van instabiliteit aan Europas grenzen te maken.






 

No comments:

Post a Comment